Thema III: Sociaal Beleid

Een progressieve overheid voert een gericht, participatief en horizontaal sociaal beleid, waarbij de sociale reflex in elk beleidsdomein aanwezig is. Deinze, in het land van Nevele, is zowel regisseur als actor in zorg en sociaal beleid, met duidelijke afbakening van deze rollen. Toegankelijke, vraaggestuurde dienstverlening wordt gegarandeerd door ervaringsdeskundigen en een ‘geïntegreerd breed onthaal’. Publieke zorg wordt niet afgebouwd; we blijven zelf zorg aanbieden en versterken de zorg op maat van zorgvragers, onder andere door het oprichten van een zorgvereniging en het brengen van zorg naar de deelgemeenten via een mobiel lokaal dienstencentrum.

In Deinze bestaat 31% van de huishoudens uit 1 persoon. Daarom houden wij in alle beleidsdomeinen rekening met het grote aantal alleenstaanden. Elke maatregel doorstaat de “single-toets”. 

Ja! Voor een zorgzame stad waar iedereen gezond kan leven en kwaliteitsvol kan wonen.

Thema III: Sociaal Beleid

Gezondheidszorg

In Deinze zetten we in op een integraal en preventief gezondheidsbeleid door diverse terreinen zoals milieu, wonen, werk, en mobiliteit te integreren. We zetten sterk in op mentaal welzijn met steun voor initiatieven zoals het Overkophuis en buddywerkingen, en organiseren lezingen en zelfhulpgroepen om zelfmoordpreventie te bevorderen.

Verslavingen worden aangepakt via Drugpunt met extra aandacht voor ouderen en jongeren onder de 16 jaar. We ondersteunen zelfhulpgroepen en organiseren sensibilisatie-activiteiten. Het ziekenhuis in Deinze blijft een belangrijke troef, en we onderzoeken samenwerkingsmogelijkheden.

We richten een wijkgezondheidscentrum op voor toegankelijke eerstelijnshulp en preventie, vooral gericht op kansengroepen. Mantelzorgers krijgen extra financiële steun en hulp bij het verkrijgen van sociale voordelen.

  1. Gezondheidsbeleid. Gezondheidsbeleid is in de eerste plaats een geïntegreerd en preventief beleid. Het is vooral via andere bevoegdheden zoals milieu, ruimte, wonen, werk, ouderenbeleid, zorg, jeugdbeleid, kinderopvang, mobiliteit, sport, cultuur, onderwijs- en veiligheidsbeleid dat we aan de gezondheid werken. Preventie is de beste remedie en dat wil zeggen een gezonde omgeving en levenswijze.
  2. Hartveilige stad. Wij zetten ons in voor een hartveilige gemeente door te investeren in automatische externe defibrillators (AED’s) in alle deelgemeenten. Door strategisch geplaatste AED’s en trainingen voor inwoners zorgen we voor snelle en effectieve hulp bij hartstilstand. Deze stap versterkt de veiligheid van onze gemeenschap en vergroot de kans op overleving in noodsituaties.
  3. Mentaal welzijn. We besteden bijzondere aandacht aan geestelijke gezondheidszorg, met nadruk op zelfmoordpreventie. Zowel mensen met psychische problemen als hun families hebben vaak meer ondersteuning nodig dan professionele hulpverlening kan bieden. Initiatieven zoals het Overkophuis en buddywerkingen met opgeleide vrijwilligers krijgen onze bijzondere steun. We moedigen zelfhulpgroepen aan voor wederzijdse informatieve en emotionele ondersteuning. Op de website komt een link naar VLESP (1813), en we organiseren lezingen over suïcidepreventie.
  4. Aanpak van verslavingen. De verslavingsproblematiek wordt via Drugpunt opgevolgd, waarbij we ook aandacht besteden aan ouderen die hiermee te maken hebben. Zelfhulpgroepen zoals AA worden aangemoedigd en ondersteund. De stad zorgt voor sensibilisatie en organiseert lezingen door ervaringsdeskundigen, bijvoorbeeld bij boekvoorstellingen. Om jongeren onder 16 jaar te beschermen, vragen we uitbaters van (nacht)winkels een charter te ondertekenen waarin ze beloven geen alcohol aan deze jongeren te verkopen.
  5. De toekomst van ons ziekenhuis. Het algemeen ziekenhuis op het grondgebied van Deinze is een grote troef voor onze stad. Er zijn diverse samenwerkingsverbanden mogelijk.
  6. Een wijkgezondsheidscentrum. We richten een wijkgezondheidscentrum op dat laagdrempelige en betaalbare eerstelijnshulp aanbiedt met veel aandacht voor preventie en gezondheidspromotie. Er is specifieke aandacht voor kansengroepen, die de weg naar het reguliere aanbod moeilijk vinden. Dit komt eveneens tegemoet aan de nood aan meer huisartsen in de stad.
  7. Mantelzorgers. We geven mantelzorgers meer financiële ruimte en helpen bij de toegang tot sociale voordelen en premies, die versnipperd zijn over verschillende overheden en bevoegdheidsniveaus.

Kinderopvang

In Deinze zorgen we voor gegarandeerde kinderopvang door extra plaatsen te creëren in nieuwe en omgevormde panden. We bieden subsidies aan kinderopvangpartners en compenseren onthaalouders voor extra kosten.
We stimuleren groene buitenruimtes, zorgen voor betaalbare opvang met inkomensgerelateerde prijzen, en ondersteunen inclusieve opvanginitiatieven. Ouders krijgen de kans om Nederlands te leren tijdens opvanguren van hun kinderen.
Buitenschoolse opvang wordt uitgebreid en we versterken samenwerking tussen opvang, onderwijs en vrijetijdsactoren via het brede schoolconcept.
Inclusieve
vakantieopvang voor alle kinderen, ook uit het buitengewoon onderwijs, is verzekerd. We zorgen goed voor ons personeel met een goede werk-privébalans. Het personeel krijgt voldoende opleiding om de extra zorg te kunnen bieden op maat van elk kind. 

  1. Gegarandeerde kinderopvang voor baby’s en peuters. Wij willen dat elk kind een plek heeft in de kinderopvang. Elk kind verdient warme, goede basisvoorzieningen dicht bij huis. De stad speelt hierbij een belangrijke rol. Het is de verantwoordelijkheid van de stad om zelf kinderopvang te organiseren en samen te werken met particuliere kinderopvanginitiatieven.
  2. Extra plaatsen. We creëren extra capaciteit door nieuwe locaties te zoeken om crèches in te richten en leegstaande panden om te vormen tot kinderopvang. We stellen deze gebouwen tegen een voordelig tarief ter beschikking. We kiezen vooral voor die wijken waar veel jonge gezinnen wonen (vb nieuwe wijk Astene). Zo sparen ouders verplaatsingstijd en zet dat minder druk op onze mobiliteit. 
  3. Starters- en investeringssubsidie. Alleen door samen te werken kunnen we een voldoende aanbod creëren. Voor de partners in de kinderopvang voorzien we daarom een starters- en investeringssubsidie. 
  4. Compensatievergoedingen. Het maatschappelijk belang van de kinderopvangsector voor zowel (de ontwikkeling van) het kind als de ouders is groot. We voorzien degelijke compensatievergoedingen voor de onthaalouders die aangesloten zijn bij de dienst kinderbegeleiders in het sui generisstatuut. Zo worden zij financieel ondersteund als er zieke kinderen zijn op geplande opvangdagen, bij ongerechtvaardigde afwezigheden en infrastructuurkosten.
  5. Groene plekken. Kinderen verdienen veilige en gezonde plekken om te spelen, te leren en te groeien, thuis, op school, en in de buurt. Een groene buitenruimte in de kinderopvang is daarbij belangrijk. We stimuleren dat door een subsidie te voorzien voor het vergroenen van de buitenruimte. 
  6. Betaalbare opvang. Het aantal kinderopvangplaatsen met een verlaagde financiële drempel in de stad neemt af. Wij willen daarom dat de dagprijs van de kinderopvang die door de stad georganiseerd wordt altijd inkomens- en vermogens gerelateerd. 5% van de jonge ouders ervaart moeilijkheden om de kinderopvang te kunnen betalen. 
  7. Inclusieve kinderopvang. We voorzien extra ondersteuning voor de initiatieven die inclusief werken en ook kinderen met een beperking opvangen. 
  8. Ouderparticipatie. We zetten volop in op ouderparticipatie. Anderstalige ouders met peuters komen samen om Nederlands te leren. Tijdens hun lessen worden de peuters opgevangen in de kinderopvang.
  9. Buitenschoolse kinderopvang. Ook wanneer kinderen naar school gaan, hebben gezinnen nood aan opvang voor en na school en in de vakantie. Het aantal plaatsen in de buitenschoolse opvang is in Deinze gestegen. We bouwen deze buitenschoolse kinderopvang verder uit, voldoende gedecentraliseerd. We onderzoeken of er een flexibeler betaalsysteem mogelijk is. Nu betalen ouders per begonnen half uur, wat soms voor stress zorgt om kinderen toch binnen het halfuur op te halen.
  10. Brede school. In plaats van te vertrekken vanuit structuren, vertrekken wij vanuit het perspectief van het kind: we versterken de samenwerking tussen opvang, onderwijs en vrijetijdsactoren, en geven gezamenlijk vorm aan een kwalitatieve invulling van de schooldag, én de uren ervoor en erna via het concept van de brede school. 
  11. Inclusieve vakantieopvang. Tijdens de schoolvakanties hebben alle kinderen recht op een kwalitatieve opvang. We willen dat ook de kinderen uit het buitengewoon onderwijs terecht kunnen in de buitenschoolse opvang, de vakantiewerking en de sportkampen. Hiervoor investeren we extra in goed opgeleid personeel. Waar het kan organiseren we dat in de bestaande werking, anders komt er een specifiek aanbod.
  12. Zorg voor het personeel. We dragen zorg voor de onthaalouders en medewerkers in de stedelijke kinderopvang. We bewaken hun work-life balans en zorgen voor voldoende handen op de werkvloer. 
Onze kinderen en kleinkinderen zijn de toekomst van onze stad. 💪 Elke dag zijn er heel wat onthaalouders en kindbegeleiders die zich inzetten voor kwaliteitsvolle opvang, op momenten waar we zelf even niet beschikbaar zijn. ❤️ Met Ja! Voor Deinze! willen we meer aandacht schenken aan de kinderopvang en aan jonge gezinnen die nood hebben aan opvang. Voor- of naschools, binnen- of buitenschools én opvang tijdens de vakanties…

Ouderenzorg

We streven naar een leeftijdsvriendelijke buurt waar zorgdiensten en voorzieningen dichtbij zijn. We bieden diverse woonvormen aan voor ouderen die thuis willen blijven wonen en ontwikkelen woonzorgzones en zorgknooppunten voor integrale zorg en sociale ontmoeting.
Een zorgnetwerk ondersteunt niet-georganiseerde ouderen met vrijwilligershulp, en we creëren een dementievriendelijke stad met extra ondersteuning voor mantelzorgers. Buddyprojecten en vrijwilligerswerk bieden aanvullende hulp, terwijl actieve senioren worden aangemoedigd met aangepaste sportfaciliteiten.
Onze rampenplanning houdt rekening met ouderen, en we investeren in kwalitatieve, betaalbare zorg in woonzorgcentra. We pleiten voor herziening van de onderhoudsplicht zodat ouderen niet financieel worden belast door hun kinderen. Zorg voor personeel in de ouderenzorg is ook een prioriteit.

  1. Een leeftijdsvriendelijke buurt. Ouder worden betekent dat men steeds meer aangewezen is op voorzieningen in de buurt. Zorgdiensten, handelszaken, ontspanningsmogelijkheden moeten nabij zijn en toegankelijk. We stellen ons voor elke deelgemeente de vraag wat er nodig is zodat oudere mensen langer in hun buurt kunnen wonen. Wat goed is voor de ouderen, is goed voor iedereen.
  2. Woonvormen op maat. We voorzien verschillende woonvormen op maat van ouderen. De meeste ouderen willen immers liefst thuis blijven wonen.
  3. Woonzorgzones of zorgknooppunten. Een woonzorgzone of zorgknooppunt heeft de bedoeling een comfortabele woonomgeving te creëren waar mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven. In een (fysiek) zorgknooppunt kunnen inwoners terecht met alle zorgvragen. Buurthuizen en lokale dienstencentra maken zorg en ontmoeting laagdrempelig en gaan eenzaamheid tegen. Buurtgerichte zorg kunnen we combineren met dorpspunten/buurtpunten. In een dorpspunt komen niet alleen zorg en welzijnspartners samen, maar bijvoorbeeld ook vrijetijdsactoren en andere loketwerkingen. In Nevele bouwen we een lokaal dienstencentrum uit.
  4. Zorgnetwerk. Deinze heeft sterke en actieve seniorenverenigingen, maar er zijn ook ouderen die hier niet aan deelnemen. Om deze niet-georganiseerde ouderen niet uit het oog te verliezen, wordt een zorgnetwerk opgezet. Dit netwerk, geleid door een professionele coördinator, verbindt vrijwilligers met zorgbehoevenden en biedt hulp zoals ziekenvervoer, boodschappendienst en bezoekjes aan eenzame mensen. Het zorgnetwerk helpt mensen langer thuis te blijven wonen, ondersteunt kwetsbare gezinnen en detecteert verborgen noden sneller. De centrale coördinator bewaakt de kwaliteit van het vrijwilligerswerk en zorgt ervoor dat het niet ten koste gaat van regulier betaalde arbeid.
  5. Dementievriendelijke stad. Een dementievriendelijke stad zet zich actief in om mensen met dementie en hun mantelzorgers zo lang mogelijk mee te laten doen in de samenleving. Het is de taak van gemeenten om ervoor te zorgen dat dit kan, met de juiste zorg en ondersteuning. De buurtcoach ondersteunt de mantelzorgers.
  6. Ondersteuning voor mantelzorgers. In het gemeentelijk informatiepunt voor mantelzorgers kunnen de mantelzorgers terecht met al hun zorgvragen en vinden ze een overzicht van alle zorgdiensten. Op regelmatige basis worden de mantelzorgers gecontacteerd met de vraag of er veranderde noden zijn. Mantelzorgers spelen een cruciale rol in een zorglandschap, zij verdienen een goede ondersteuning, ook vanuit de lokale besturen. Mantelzorg opnemen moet een bewuste keuze zijn en mag geen verplichting worden. We doen er alles aan om mantelzorgers te ondersteunen via de gemeentelijke mantelzorgpremie, maar bovenal streven we ernaar dat mantelzorgers beroep kunnen doen op goed georganiseerde diensten, zoals aangepast vervoer, thuiszorg en oppas. Mantelzorgers moeten tijdelijk kunnen ontlast worden van hun zware taak.
  7. Buddyprojecten. Niet iedereen kan beroep doen op mantelzorgers. Daarvoor is het aangewezen om buddyprojecten op te zetten en een vrijwilligerswerking. Alleenstaanden en/of hulpbehoevende kunnen op die manier hulp krijgen om boodschappen te doen, maar een gewoon bezoek biedt vaak ook een grote meerwaarde.
  8. Actieve senioren. Bewegen kan ouderen mobiel en sociaal actief houden. We zetten in op sportinfrastructuur gericht op ontmoeting en aangepast aan de specifieke noden van ouderen. We denken hierbij aan overdekte petanquepleinen, outdoor fitness toestellen, een boulodroom.
  9. Rampenplanning op maat van ouderen. Een goede rampenplanning is afgestemd op ouderen. Voorbeelden zijn het hitteplan met extra aandacht voor (sociaal geïsoleerde) ouderen. We maken een hulpplan als een straat wordt opengebroken. Er wonen allicht enkele personen die te onzeker zijn om buiten te komen en die hulp behoeven voor hun dagelijkse voorzieningen.
  10. Het woonzorgcentrum. Wie naar een woonzorgcentrum verhuist, heeft recht op kwalitatieve, betaalbare zorg. We investeren in de kwaliteit van woonzorgcentra door voldoende personeels- en werkingsmiddelen te voorzien. Zo garanderen we dat zorgpersoneel echt tijd heeft om te zorgen voor ouderen. Het is onze overtuiging dat onze woonzorgcentra in publieke handen blijven en we dus als lokaal bestuur zelf actor blijven. De kwaliteit van de zorg, financiële toegankelijkheid, lokale verankering, buurtgericht werken en democratische controle horen de uitgangspunten te zijn.
  11. Onderhoudsplicht herbekijken. Wanneer ouderen zelf onvoldoende middelen hebben om een verblijf in een woonzorgcentrum te bekostigen, worden de kosten momenteel door het zorgbedrijf/OCMW verhaald op hun kinderen. Dit zorgt ervoor dat minder begoede ouderen soms aarzelen om naar een woonzorgcentrum te verhuizen, uit angst hun kinderen financieel tot last te zijn. Dit is asociaal en onrechtvaardig. Daarom pleiten we voor de afschaffing van de onderhoudsplicht van kinderen ten aanzien van hun ouders, behalve in situaties van ziekte, laag inkomen of verstoorde relaties, waar het OCMW hierover kan beslissen. Kinderen behouden de mogelijkheid om vrijwillig financieel bij te dragen. Zo wordt de rusthuisfactuur geen belemmering voor ouderen om de zorg te krijgen die ze nodig hebben, zonder afbreuk te doen aan de generationele solidariteit.
  12. Zorg voor het personeel. We dragen zorg voor het personeel in de ouderenzorg. We bewaken hun work-life balans en zorgen voor voldoende handen op de werkvloer.

Armoedebestrijding

We streven naar een stad waar iedereen gelijkwaardig is, met een uitgebreid sociaal beleid dat armoede actief aanpakt. Een gemeentelijke armoedecoördinator zal alle initiatieven coördineren en een armoedeplan met concrete doelstellingen uitrollen.
Inkomenszekerheid is een prioriteit: we voorzien een maandelijkse toelage voor gezinnen en begeleiden hen om energiekosten te verlagen. Proactieve outreach helpt kwetsbare groepen toegang te krijgen tot hun rechten, ondersteund door initiatieven zoals voedselhulp, een sociaal restaurant, en een mobiele kruidenier.
Ook onderwijs wordt versterkt als motor voor gelijkwaardigheid, met specifieke aandacht voor kwetsbare kinderen. Daarnaast bevorderen we deelname aan vrije tijd en sport, en creëren we eerlijke werkgelegenheid door gerichte trajecten en samenwerking met de VDAB.
Tot slot zorgen we voor waardige uitvaarten voor mensen in armoede en moedigen we solidariteit aan via initiatieven zoals de Wensboom tijdens feestdagen.

  1. Gemeentelijke armoedecoördinator. We stellen een gemeentelijke armoedecoördinator aan die alle acties in de strijd tegen armoede coördineert en ervoor zorgt dat de gemeentelijke diensten goed op elkaar zijn afgestemd. Om de armoede in onze stad aan te pakken, stellen we een armoedeplan op met meetbare en concrete doelstellingen. We brengen verschillende diensten samen om dit plan uit te werken en uit te rollen.
  2. Breed sociaal beleid. We verhinderen sociale uitsluiting door ervoor te zorgen dat sociaal beleid in alle beleidsdomeinen geïntegreerd wordt. Volop inzetten op een breed en diep verankerd sociaal beleid is de boodschap. 
  3. Aanvullende maandelijkse toelage. Inkomenszekerheid is cruciaal om armoede uit te wissen. Op financieel vlak voorzien we een aanvullende maandelijkse toelage waarbij het gezinsinkomen wordt vergeleken met het niveau van de budgetstandaard. Dit is het wetenschappelijk berekende bedrag dat een gezin nodig heeft om op een minimaal aanvaardbare manier te kunnen participeren in de samenleving. Om te voorkomen dat er een leefloonval ontstaat, voorzien we een buffer met het minimuminkomen. De prioriteit blijft evenwel om te voorzien in een maximale begeleiding om mensen te laten deelnemen aan het maatschappelijk leven. We begeleiden gezinnen om hun energiefactuur te doen dalen, door de leasing van energiezuinige toestellen als alternatief voor dure energieverslinders zoals elektrische verwarmingstoestellen.
  4. Outreach. Voor veel mensen in armoede, is de stap naar het OCMW groot. Zij hebben recht op ondersteuning, maar weten het niet of durven het niet te vragen. We wachten niet tot deze gezinnen een aanvraag indienen, maar gaan hen proactief benaderen. Dit doen we door potentiële hulpbehoevenden uit de beschikbare data in de Kruispuntbank Sociale Zekerheid (KSZ) te halen, hen aan te spreken en hun noden te analyseren. Door deze proactieve identificatie kunnen we meer mensen leiden naar de sociale voordelen waar ze recht op hebben en zodoende de hoge non-take-up van sociale rechten aanpakken. (+ samenwerking Groeipakket/VUTG voor premies)
  5. Voedselhulp en sociaal restaurant. In onze stad zijn er twee punten waar mensen een voedselpakket kunnen ophalen. Daarnaast zijn er veel informele initiatieven waar mensen hun solidariteit tonen met mensen in armoede. Senioren kunnen in onze stad aan een goedkoper tarief een maaltijd eten in de seniorenrestaurants, maar we missen nog een echt sociaal restaurant, waar met verschillende tarieven gewerkt wordt. Een sociaal restaurant verlaagt de drempel tot gezonde voeding voor mensen in armoede en heeft een belangrijke rol in de strijd tegen eenzaamheid. We onderzoeken welke locaties mogelijk zijn en hoe hiervoor met de sociale economie kan samengewerkt worden.
  6. Sociale kruidenier. Naast de voedselbanken zou ook een sociale kruidenier in onze stad de mogelijkheid bieden om betaalbaar inkopen te doen. We zorgen ervoor dat deze sociale kruidenier maximaal bekend geraakt onder de inwoners van onze stad. Kwetsbare mensen hebben vaak niet de middelen om zich ver te kunnen verplaatsen. Daarom lanceren we een mobiele kruidenier die frequent verschillende wijken bezoekt om hen te voorzien van de nodige levensmiddelen. De mobiele kruidenier fungeert ook als ontmoetingsplaats met sociale interactie.
  7. Wensboom. We zetten een Wensboom op vanuit de stad waarbij tijdens feesten zoals Sinterklaas, Kerstmis, Pasen burgers de kans krijgen om een (deel van een) cadeautje te kopen voor kinderen die in armoede opgroeien. 
  8. Onderwijs als motor voor gelijke kansen. Het onderwijs is de sector bij uitstek om kinderen uit kwetsbare posities te laten groeien en klimmen op de sociale ladder. We zetten dan ook maximaal in op de instroom van kleuters in het onderwijs en werken samen met het CLB om vroegtijdige uitstroom te voorkomen. We stimuleren een kansarmoede bewust beleid op school. Dit armoedebeleid komt participatief tot stand, op maat van de school en richt zich onder andere op communicatie met ouders, kostenbeheersing en vorming van leerkrachten.
  9. Vrije tijd voor mensen in armoede. Iedereen heeft recht op deelname aan vrijetijdsbeleving. De UiTPAS wordt actief gepromoot. We moedigen verenigingen aan om mee te werken aan “het kansentarief” waarbij mensen in problemen aan goedkoper tarief kunnen deelnemen aan activiteiten. We zetten ook in op sporten om bewegingsarmoede weg te werken. Sporten in groep bevordert sociaal contact en helpt bij de ontwikkeling van een lokaal sociaal weefsel. Bovendien is het een belangrijke hefboom voor integratie. 
  10. Uitvaart voor mensen in armoede. Sommige mensen en families hebben niet voldoende middelen voor een begrafenis. We zorgen samen met het dichterscollectief en de scholen dat 0 begrafenissen niet meer kunnen.
  11. Werkgelegenheid. In de plaats van in te zetten op de recent geïntroduceerde gemeenschapsdienst, waarvan is bewezen dat ze mensen niet aan het werk helpen, helpen we iedereen aan een job door maximaal in te zetten op tijdelijke werkervaring en kwaliteitsvolle trajecten (art. 60), bij voorkeur binnen de eigen stadsdiensten. . Daarnaast sluiten we een samenwerkingsakkoord op maat af met de VDAB om werkzoekenden zo goed mogelijk naar een job te begeleiden en lokale ondernemingen te helpen hun vacatures in te vullen.
Ook in Deinze knopen wij onze lakens voor mensen in armoede. In Deinze leeft 16,8% van de inwoners met een inkomen beneden de kritische grens en worden zij dus uitgesloten van participatie aan onze samenleving. Ja! voor een Deinze waar iedereen meetelt.

Wonen

We richten ons op een doeltreffend woonbeleid door gemeentelijk patrimonium te behouden en te ontwikkelen voor sociale woningbouw en innovatieve projecten.
We gebruiken een rollend woningfonds om verwaarloosde panden te renoveren en bieden woningen via erfpacht aan.
Bij nieuwe projecten eisen we een deel sociale en betaalbare woningen en voeren een huurprijsrem in om excessieve prijzen te voorkomen. We verplichten conformiteitsattesten en bieden een renovatiepremie aan verhuurders die hun woningen voor lagere prijzen verhuren. Innovatieve woonconcepten, zoals Community Land Trust, krijgen prioriteit.

Voor ouderen bieden we opties voor woningaanpassing en promoten we gemeenschappelijk wonen. We zorgen ervoor dat alle woonoplossingen inclusief en duurzaam zijn.

  1. Eigen patrimonium. We kiezen ervoor om de eigen gronden en het patrimonium te behouden en nieuw patrimonium/gronden te verwerven. Niet als doel op zich, maar om ter beschikking te stellen of te verkopen aan woonmaatschappijen voor sociale woningbouw of aan vzw’s om er (innovatieve) projecten op te ontwikkelen via het systeem van recht op opstal of erfpacht. Daarnaast geeft dit het lokaal bestuur de kans om zelf de rol van bouwheer, investeerder of regisseur op te nemen bij collectieve renovaties/ herbouw. 
  2. Rollend woningfonds. We willen werken met een rollend woningfonds waarbij we met het fonds verwaarloosde panden aankopen, renoveren of vervangen door een nieuwbouw. De grond blijft eigendom van de stad, de vernieuwde woningen worden via een systeem van erfpacht of recht van opstal aan marktconforme prijzen verkocht aan particulieren. Dit kan ook intergemeentelijk georganiseerd worden.
  3. Relatie bouwpromotoren / ontwikkelaars. Onze stad maakt een einde aan de almacht van ontwikkelaars. Bij nieuwe projecten zorgen we ervoor dat een substantieel deel van de woningen beschikbaar wordt gesteld als sociale en/of betaalbare woningen. We voorzien via stedenbouwkundige lasten en in onderhandelingen met private ontwikkelaars een voldoende hoog percentage sociale huurwoningen in nieuwe private ontwikkelingen.
  4. Sociale huisvesting als eerste lijn. Een sociale woning zorgt voor minder armoede, minder dakloosheid, minder criminaliteit en meer kansen voor gezinnen om hun leven op te bouwen, een job te vinden en bij te dragen aan onze welvaartsstaat. Het beeld dat momenteel wordt opgehangen van sociaal wonen, strookt niet met die realiteit. Via de gemeentelijke informatiekanalen proberen we voor een kentering in de perceptie te zorgen. We verankeren sociaal wonen in ruimtelijke uitvoeringsplannen.
  5. Budgethuurwoningen als tweede lijn. We verplichten private ontwikkelaars om 25% betaalbare huurwoningen te voorzien in nieuwe projecten van een zekere grootte. Hiervoor wordt het Vlaams subsidiemodel van geconventioneerd verhuren gebruikt. Een lokaal huurreglement zorgt ervoor dat deze huurwoningen worden toegewezen aan de lage middeninkomens. 
  6.  Huurprijsrem. Op een private huurmarkt die gekenmerkt wordt door een hoge vraag en een beperkt aanbod, worden soms buitensporige huurprijzen gevraagd. We gaan die prijzen tegen met de invoering van een rem op de huurprijzen . Verhuurders worden verplicht om de marktprijs te volgen, mits een beperkte marge. De buitensporige huurprijzen worden afgetopt. Door een correcte prijs te eisen halen we de huisjesmelkers eruit en houdt de huurder nog iets over aan het eind van de maand. 
  7. Conformiteitsattesten. We zien erop toe dat alle verhuurde woningen over een conformiteitsattest beschikken.
  8. Renovatiepremie. We kennen een renovatiepremie toe aan verhuurders die bereid zijn om hun woning x-aantal jaren te verhuren aan een lagere huurprijs.
  9. Innovatie in wonen. Het Community Land Trust-principe, waarbij je de woning koopt, niet de grond. De gronden worden ter beschikking gesteld aan een coöperatie. Deze woonconcepten genieten de voorkeur boven de traditionele sociale koopwoningen.
  10. Aangepaste woningen van ouderen. Veel van onze senioren wonen in veel te grote, meestal onaangepaste woningen. We bieden hen de mogelijkheid om deze woningen aan te passen volgens de noden naar een meergezinswoning. Steeds meer senioren vinden in gemeenschappelijk wonen een alternatief voor een woonzorgcentrum of voor het alleen wonen. We promoten zorgwonen en gemeenschappelijk wonen en we zien erop toe dat burgers terechtkunnen met vragen over samenhuizen of co-housen.
We dienden in oktober 2023 vanuit de oppositie op de gemeenteraad een voorstel in om bij toekomstige verkiezingen stemlokalen in te richten in de verschillende zorgsites in onze stad. Het agendapunt werd unaniem goedgekeurd! ❤️ Het is belangrijk om ook als oudere of zorgbehoevende actief te blijven en mee te bepalen waar onze samenleving naartoe gaat! Zo kunnen ook zij hun stempel drukken op beleidsthema's die ze belangrijk vinden, zoals mobiliteit, ouderenzorg of cultuur.

Lokaal mondiaal beleid

Samen zorgen we voor een evenwichtige en solidaire benadering van lokaal mondiaal beleid.
We integreren mondiale overpeinzingen in alle stedelijke beslissingen en verduurzamen ons aankoopbeleid door lokaal te kopen en eerlijke productie te waarborgen. We dragen bij aan de 0,7%-norm voor ontwikkelingssamenwerking en passen mensenrechtentoetsen toe op al ons beleid.
We moedigen lokale ondernemers aan om faire principes te volgen en dekoloniseren onze stad door kritisch te kijken naar sporen van kolonisatie en racisme. Door samenwerking met organisaties zoals 11.11.11 en de wereldwinkel, sensibiliseren we onze inwoners en investeren we in structurele hulp en internationale uitwisseling.

  1. Van ontwikkelingssamenwerking tot lokaal mondiaal beleid. De opsplitsing tussen Noord en Zuid is steeds minder relevant. Lokaal mondiaal beleid is een evenwichtigere visie op het klassieke beleid voor ontwikkelingssamenwerking, aangepast aan de realiteit van vandaag. Lokaal mondiaal beleid is dienstoverstijgend. Hoe meer diensten betrokken zijn in het uitdenken, uitwerken en uitvoeren van het lokaal mondiaal beleid, hoe groter het draagvlak. Deinze is een solidaire stad met inwoners die zich niet alleen Deinzenaar, maar ook wereldburger voelen. Inwoners die solidair zijn met kansarmen elders in de wereld.
  2. Mondiale beleidskeuzes. Als stad hebben we een voorbeeldfunctie en nemen we een voortrekkersrol op. De bevoegde schepen bekijkt in het college elke beslissing die genomen wordt door een mondiale bril.
  3. Duurzaam aankoopbeleid. We verduurzamen het eigen aankoopbeleid. We kopen zo lokaal mogelijk. We zien er op toe dat producten die van buiten de EU komen, gegarandeerd in eerlijke omstandigheden worden geproduceerd.
  4. 0,7 % – norm. Lokaal mondiaal beleid ernstig nemen, betekent dat er voldoende middelen in investeren. Zo draag je als gemeente bij tot de 0,7%-norm, waarmee België en andere landen zich geëngageerd hebben om met alle overheden samen 0,7% van het Bruto Nationaal Inkomen te besteden aan officiële ontwikkelingssamenwerking.
  5. Mensenrechtentoets. We passen de mensenrechtentoets toe in alles wat de stad doet, zowel in het lokale als het mondiale beleid.
  6. Faire principes. We moedigen lokale ondernemers aan om hun bedrijfsvoering op faire principes te bouwen.
  7. Dekolonisatie. We kijken kritisch naar de sporen van kolonisatie of racisme in het straatbeeld en dekoloniseren de stad.
  8. Sensibiliseren. We sensibiliseren onze inwoners over internationale solidariteit, fair trade principes, dekolonisering en duurzaamheid. We werken daarvoor samen met 11.11.11, de mondiale adviesraad, de wereldwinkel, inwoners die sterk begaan zijn met dit thema. In elke editie van D17 wordt een project in de kijker gezet.
  9. Werking in partnerlanden. We investeren in structurele hulp. We blijven de stedenband en andere samenwerkingsverbanden steunen.
  10. Internationale uitwisseling. We stimuleren medewerkers van de stad om deel te nemen aan internationale uitwisseling.
Ja! Voor Deinze gaat resoluut voor fair trade en duurzame handel.